Hoofdstuk 117 Het is vandaag
Vandaag is het zondag. Mam belt. Ik zou onderweg naar huis moeten zijn of van plan zijn om dat te doen, maar dat gebeurt allemaal niet. De rechtszaak is morgen en Ben heeft mijn aanwezigheid nu meer dan ooit nodig.
De aanhoudende beltoon versterkt mijn schuldgevoel, maar ik pak de telefoon niet. Ik bijt op mijn nagels en knijp mijn ogen dicht, maar het rinkelen stopt niet.
Ik loop naar de deur en keer terug naar het voeteneind van het bed. IJsberen helpt niet. Ben is ergens in huis, dus hij is er niet om mijn verwarring en leugenoefening te aanschouwen. Als ik kieskeurig ben, leidt dat tot ruzie.