Hoofdstuk 364
Nina
Enzo en ik liepen daarna nog een hele tijd. Frank zei dat het maar een uur lopen zou zijn, maar het voelde veel langer. Misschien was het gewoon mijn eigen perceptie van de tijd die de overhand kreeg; tenslotte, toen de lucht donkerder begon te worden, begon het onheilspellender te voelen in de mistige bossen, en voelde elke seconde als een eeuwigheid.
Maar ik had tenminste Enzo. En we liepen niet in gevaar tijdens het lopen. Sterker nog, het was stil en vredig, en we begonnen zelfs een beetje te praten. We hadden een hoop bij te praten.