Hoofdstuk 32
Ik keek toe hoe Audrey weer ging zitten, haar wangen waren rood aangelopen. Ze frunnikte aan het inmiddels rode servet dat ze had gebruikt om zijn shirt schoon te maken, haar mond werkte een paar momenten nutteloos.
"Wie... wie was die vrouw?" Audrey's stem was nauwelijks hoger dan een gefluister toen ze me eindelijk weer aankeek.
Ik voelde mijn uitdrukking instinctief verharden. Waar kon ik überhaupt beginnen?