Hoofdstuk 38
Ik bleef doodstil staan, woede en schaamte borrelden in mijn buik. Langzaam, aarzelend, draaide ik me weer naar hem toe. "Denk je dat ik gevoelens heb voor Gavin?"
Er flitste iets over zijn opvallende gezicht - iets dat heel erg op verontwaardiging leek. Maar het was in een oogwenk verdwenen, vervangen door zijn gebruikelijke kalme houding. "Jij niet?"
We staarden elkaar een lang, verhit moment aan voordat de woorden uit mijn mond rolden. "Ik snap niet wat dat met jou te maken heeft. Het is mijn zaak wie ik in mijn vrije tijd zie."