Hoofdstuk 33
"Wat voor pijn?" vroeg Valens, maar het orakel deed niets anders dan huilen, terwijl de tranen steeds sneller over haar gezicht stroomden.
Ik had het gevoel dat ik wist waar ze het over had, maar hoe meer ze huilde, hoe meer ik eraan twijfelde of ik deze dame wel begreep.
Ik was door de hel gegaan en terug in Redville. Er waren dagen dat ik niets anders deed dan huilen van het begin van de dag tot het einde. Ik had dagen zonder eten doorgebracht, was gebroken op elke manier waarop een mens gebroken kan worden. Mentaal en emotioneel was ik getraumatiseerd. Er was weinig reden om te leven en ik had geen zin meer in mijn leven. Op veel dagen wilde ik weg.