Hoofdstuk 127 Boek: 4 twee
Michael reed zijn terrein op en parkeerde voor zijn garage, niet in de stemming om erin te rijden. Hij keek in zijn achteruitkijkspiegel hoe de automatische poort dichtging en zuchtte. Het was zo'n vermoeiende dag op het werk en hij voelde zijn hoofd ontploffen van het nieuws dat Gary hem net had verteld, en de vraag bleef hem bezighouden: wie is verantwoordelijk, wie zou het zijn? Hij kreunde zachtjes en streek vermoeid met zijn vingers door zijn hoofd voordat hij zijn aktetas pakte en uit de auto stapte. Hij deed de auto op slot met de afstandsbediening en liep naar de veranda, waar hij moeizaam de trap opklom. Voor zijn voordeur slaakte hij een diepe zucht en zette een glimlach op voor zijn gezin, voordat hij de deur openduwde en zijn dochter de trap op zag rennen. Hij draaide zich om toen de deur openging.
"Papa is thuis," riep Sapphire terwijl ze de trap af rende. Michael zette zijn aktetas op de grond en hurkte neer met zijn armen wijd open zodat ze tegen haar aan kon rennen. Hij tilde haar lachend op. Sapphire werd altijd op dezelfde manier begroet als hij thuiskwam van zijn werk. Dat begon al toen ze een jaar oud was en haar eerste stapjes zette om bij hem te komen. Die herinnering staat sindsdien in zijn hart gegrift.
"Hoe gaat het met mijn engeltje?" vroeg hij en gaf haar een kus op de wang. Zij kuste hem terug.